De Eekhoorn en de Wesp – Toon Tellegen

Ik kan als coach en als mens goed mensen triggeren.

Als coach doe ik dat bewust, als mens onder de mensen valt het me voor dat ik dat compleet onbewust doe, en dat ik iets naar mijn hoofd geslingerd krijg…

Een mooie vertelling van Toon Tellegen:

Op een middag zat de eekhoorn na te denken in het weiland langs de rivier. Hij leunde op een van zijn ellebogen en lag gedeeltelijk op zijn staart, gedeeltelijk op het gras, terwijl om hem heen boterbloemen, klavers en madeliefjes bloeiden.

Hij dacht over van alles na. De zon scheen en hij keek, al nadenkend, naar het glinsterende water. Soms vloog de reiger voorbij en zag hij een schaduw over het water glijden.

Plotseling was het alsof hij wakker schrok, maar hij wist niet of hij had geslapen. Hij herinnerde zich wel dat de rivier tegen hem had gesproken en hem had gezegd dat hij maar eens honderd jaar moest gaan slapen en dat ze dan wel verder zouden zien. Dat had hij erg lang gevonden. Hij had zo snel mogelijk geslapen of gedaan alsof hij sliep, en voor hij het wist was hij al gewekt door…

“Au!” riep hij.

“Ja,” zei de wesp. “Je stond op mijn vleugel.”

“Maar ik sliep!” zei de eekhoorn, hoewel hij dat niet helemaal zeker wist.

“Nou en? Vind je dat dat iets uitmaakt?”

“Maar ik lag stil…”

“Nou en? Als er op mijn vleugel wordt gestaan dan kan het mij niet schelen hoe of wat. voor mijn part staat er lucht op, of licht of niks, maar ik voel het. En dan steek ik. En voor mijn part steek ik in de lucht of tegen het licht in of in het niks, maar ik steek!”

De wesp viel achterover van het gewicht van zijn woorden, maar stond snel weer op.”

“Dus zodoende,” zei hij.

“Het doet pijn,” zei de eekhoorn en hij voelde de bult op zijn knie snel groter worden.

“Dus het was niet niks!” zei de wesp, met een eigenaardige glimlach.

De eekhoorn zuchtte. Hij was moe en het was avond en de rivier glinsterde tot in de verste verte niet meer, zelfs niet voorbij de brug in het westen waar de lucht rood was.

“Ik ga maar weer eens,” zei de wesp.

“Ja,” zei de eekhoorn.

“Iets aan mijn vleugel doen,” zei de wesp, “want zo is het niks.”

“Nee,” zei de eekhoorn. De wesp vloog moeizaam weg, terwijl de eekhoorn strompelend het bos in ging, in de schemering, op weg naar huis.

One Response to De Eekhoorn en de Wesp – Toon Tellegen

Geef een reactie op Ben Eyckmans Reactie annuleren